8.4.7 Wasverzachters gebruiken
WAARSCHUWING!
8.4.8 Gebruik van stijfsel
8.4.9 Gebruik van antikalkproducten
8.4.10 Gebruik van bleekmiddel
NL / 26
a) Schenk de wasverzachter in het wasverzachtervak van de
wasmiddellade.
b) Overschrijd het (>max<) niveau in het wasverzachtervak niet.
c) Indien de wasverzachter niet erg vloeibaar meer is, verdun deze dan
met water voor u deze in de wasmiddellade plaatst.
• Gebruik geen vloeibare wasmiddelen of andere
reinigingsproducten anders dan wasverzachters
voor het verzachten van kleding die geschikt zijn
voor wasmachines.
a) Doe het stijfsel (vloeistof of poeder) in het wasverzachtervak en
start het spoelprogramma.
b) Gebruik wasverzachter en stijfsel niet samen in een wascyclus.
c) Draai na het gebruik van stijfsel een trommelreiniging zoals
beschreven in het hoofdstuk Eerste gebruik.
a) Gebruik, indien nodig, slechts antikalkmiddelen die speciaal voor
wasmachines zijn gemaakt.
a) Kies een programma met voorwas. Doe bleekmiddel in het
voorwasvak terwijl het product bij het begin van de voorwas water
neemt.
b) Gebruik geen bleekmiddel gemengd met wasmiddel.
c) Gebruik een kleine hoeveelheid (50 ml) bleekmiddel en spoel de
kleding goed uit, want dit veroorzaakt huidirritatie.
d) Giet bleekmiddel niet op het wasgoed.
e) Gebruik geen bleekmiddel op bonte was.
f) Bij gebruik van op zuurstof gebaseerde bleekmiddelen, kies dan een
programma met een lagere temperatuur.
g) Op zuurstof gebaseerd bleekmiddel mag samen met wasmiddel
worden gebruikt.
Wasmachine / Gebruiker Handleiding