De motor gebruiken
Instelling van de luchtfilterbehui-
zing op warm of koud weer
Belangrijk:
Als de motor onder normale
omstandigheden wordt gebruikt met de
luchtfilterbehuizing in de stand voor koud weer
kan dit leiden tot motorschade.
De luchtfilterbehuizing heeft 2 posities: koud weer en
normaal weer:
Instellen van de luchtfilterbehuizing:
•
Bij het werken in koud weer (lage luchttemperatuur
en vochtigheid) - plaats de luchtfilterbehuizing zo
dat de sneeuwvlok naar voren wijst
Opmerking:
Gebruik deze stand als de
carburator lijkt te bevriezen. Aanwijzingen hiervoor
zijn onregelmatig lopen bij stationair of op lage
snelheid draaien, en zwarte of witte uitlaatrook.
•
Bij het werken in normaal weer - plaats de
luchtfilterbehuizing zo dat de zon naar voren wijst
(Figuur
10).
Opmerking:
Gebruik deze stand als er geen
aanwijzingen zijn dat de carburator bevriest.
Figuur 10
1. Stand bij normaal weer
(Figuur
10).
g326835
2. Stand bij koud weer
Gebruik van de brandstofklep
Draai de brandstofkraan (onder de choke) naar rechts
om de brandstof toe te voeren
1. B
RANDSTOFTOEVOER AAN
2. Brandstofklep
12
(Figuur
11).
Figuur 11
3. Choke
g325099