9 Diagnose en service
72
Omdat wij deze service wereldwijd aanbieden, is deze ondersteuning
in het Engels. De service is gratis, alleen de telefoonkosten zijn van
toepassing.
9.4
Elektronica vervangen
Bij een defect kan de elektronica door de gebruiker worden vervan-
gen.
Bij Ex-toepassingen mag slechts één instrument en één elektronica
met bijbehorende Ex-toelating worden ingezet.
Indien lokaal geen elektronica beschikbaar is, kan deze via uw verte-
genwoordiging besteld worden. De elektronica is op de betreffende
sensor afgestemd en verschilt bovendien in signaaluitgang resp. voor
wat betreft de voedingsspanning.
De nieuwe elektronica moet met de fabrieksinstellingen van de sen-
sor geladen worden. Hiervoor bestaan de volgende mogelijkheden:
•
Af fabriek
•
Lokaal door de gebruiker
In beide gevallen is opgave van het serienummer van de sensor
nodig. Het serienummer vindt u op de typeplaat van het instrument,
op de binnenwand van de behuizing en op de pakbon.
Bij het locaal laden moeten vooraf de opdrachtgegevens van het
internet worden gedownload (zie handleiding " elektronica").
Opgelet:
Alle toepassingstechnische instellingen moeten opnieuw worden
ingevoerd. Daarom moet u na het vervangen van de elektronica een
nieuwe inbedrijfname uitvoeren.
Wanneer u bij de eerste inbedrijfname van de sensor de gegevens
van de parametrering heeft opgeslagen, kunt u deze weer naar de
vervangende elektronica overdragen. Een nieuwe inbedrijfname is
dan niet meer nodig.
9.5
Software-update
Voor update van de instrumentsoftware zijn de volgende componen-
ten nodig
•
Instrument
•
Voedingsspanning
•
Interface-adapter VEGACONNECT
•
PC met PACTware
•
Actuele instrumentsoftware als bestand
De actuele instrumentsoftware en gedetailleerde informatie overr de
procedure vindt u in het downloadgedeelte van www.vega.com.
De informatie voor de installatie is in het download-bestand opgeno-
men.
MINITRAC 31 • Foundation Fieldbus