De uitlijning van de
voorwielen afstellen
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren/Jaar-
lijks (houd hierbij de kortste periode
aan)—De vlucht en het toespoor
van de voorwielen controleren.
Voordat u de vlucht of het toespoor
afstelt
1.
Controleer de bandendruk en zorg ervoor dat de
banden vooraan tot 0,83 bar gepompt zijn.
2.
Leg ofwel een gewicht op de bestuurdersstoel
dat overeenkomt met het gemiddelde gewicht
van de bestuurders die met de machine zullen
werken, of laat een bestuurder plaatsnemen op
de stoel. Het gewicht of de bestuurder dienen
gedurende de hele instellingsprocedure op de
stoel te blijven.
3.
Rol op een vlakke ondergrond de machine 2
tot 3 meter recht achteruit en vervolgens recht
vooruit naar de plaats waar u vertrok. Hierdoor
kan de ophanging de bedrijfsstand aannemen.
De vlucht afstellen
Uw gereedschap: sleutel, Toro onderdeelnummer
132-5069, neem contact op met uw servicedealer.
Belangrijk:
Stel de vlucht uitsluitend af indien u
een werktuig aan de voorkant gebruikt of indien
de slijtage aan de banden ongelijkmatig is.
1.
Controleer de vlucht aan elk wiel; deze moet zo
dicht mogelijk in de buurt komen bij neutraal
(nul).
Opmerking:
De banden moeten uitgelijnd zijn
en het loopvlak moet gelijkmatig op de grond
rusten om ongelijkmatige slijtage te voorkomen.
2.
Als de vlucht van het wiel onjuist afgesteld is,
draai dan met de schroefsleutel aan de kraag
van de schokdemper tot het wiel uitgelijnd is
(Figuur
55).
1. Veer van schokbreker
2. Kraag
Het toespoor van de voorwielen
afstellen
Belangrijk:
Voordat u het toespoor gaat afstellen,
moet u ervoor zorgen dat de vlucht zo dicht
mogelijk tegen neutraal aanligt; zie
afstellen (bladz.
45).
1.
Meet ter hoogte van de as de afstand tussen de
voorwielen aan de voorkant en de achterkant
van de wielen
1. Hart-op-hart-afstand –
achterkant wielen
2. Hart-op-hart-afstand –
voorkant wielen
2.
Als deze afstand buiten het bereik van 0 tot
6 mm valt, moet u de contramoeren aan het
uiteinde van de spoorstangen losdraaien
57).
45
Figuur 55
3. Veerlengte
De vlucht
(Figuur
56).
Figuur 56
3. Middellijn van as
g033218
g009235
(Figuur