FUNCTIES EN BEDIENINGSORGANEN
Motor bakboord
Loopt
Uit
Loopt
Loopt
Uit
Uit
(contactschakelaar
ingeschakeld)
Als een van de buitenste motoren tijdens het varen wordt uitgezet, wordt de middelste motor naar neutraal/
stationair geforceerd. De middelste motor gaat weer normaal functioneren als de regelhendel van de
draaiende buitenste motor eerst in neutraal wordt gezet en vervolgens in versnelling. Het toerental en de
schakelfunctie voor de middelste motor worden dan bepaald door de draaiende buitenste motor.
Het afzetten van de middelste motor tijdens het varen zal geen invloed hebben op de werking van de
buitenste motoren.
Als er zich een storing voordoet tijdens het varen, waardoor een van de buitenste motoren gedwongen in
neutraal of stationair gezet wordt, wordt ook de middelste motor gedwongen in neutraal/stationair gezet. De
middelste motor gaat weer normaal functioneren als de regelhendel van de werkende buitenste motor in
neutraal wordt gezet en daarna in de versnelling.
GEBRUIK GASKLEP EN SCHAKELING VOOR VIER MOTOREN
Door de hendels op de afstandsbediening te bewegen, kan de bootbestuurder het motortoerental en de
schakelstanden regelen voor alle vier motoren.
De gasklep- en schakelfunctie is afhankelijk van welke motoren in gebruik zijn. Zie de onderstaande tabel.
Buitenste
bakboordmo‐
tor
Loopt
Loopt
nld
Middelste
motor
Loopt
Uit
Loopt
Loopt
Uit
Loopt
Uit
Uit
Uit
Loopt
Uit
Loopt
(contactschakelaar
ingeschakeld)
Binnen‐
Binnen‐
ste
ste bak‐
stuur‐
boordmo‐
boordmo‐
tor
tor
Loopt
Loopt
Loopt
Uit
Motor stuurboord
Buitenste
stuurboord‐
motor
Gasklep en schakelen binnenste/buitenste bak‐
boordmotor = geregeld met bedieningshendel
bakboord
Loopt
Gasklep en schakelen binnenste/buitenste stuur‐
boordmotor = geregeld met bedieningshendel
stuurboord
Gasklep en schakelen binnenste/buitenste bak‐
Uit
boordmotor = geregeld met bedieningshendel
bakboord
51
Functie bedieningshendel
Gasklep en schakelen motor bakboord/
middelste motor = geregeld met
bedieningshendel bakboord
Gasklep en schakelen motor stuurboord/
middelste motor = geregeld met
bedieningshendel stuurboord
Gasklep en schakelen motor bakboord =
geregeld met bedieningshendel bakboord
Gasklep en schakelen motor stuurboord =
geregeld met bedieningshendel stuurboord
Gasklep en schakelen motor bakboord =
geregeld met bedieningshendel bakboord
Gasklep en schakelen motor stuurboord =
geregeld met bedieningshendel stuurboord
Gasklep middelste motor = neutraal/
stationair, tenzij beide bedieningshendels
in dezelfde versnelling staan
Functie bedieningshendel