Het is verplicht boven het apparaat een omnipolaire schakelaar te installeren volgens
de nationale van kracht zijnde voorschriften.
De elektrische aansluiting bevindt zich aan de achterkant van het apparaat.
De voedingskabels moeten de juiste diameter hebben en moeten aan de hand van de
installatievoorwaarden worden gekozen.
De KPS 21 modellen zijn voorzien van 3m eenfasige voedingskabel (3G 1,5mm²) met
een SCHUKO stekker.
De KPS 42 modellen zijn voorzien van 3,5m driefase snoer zonder stekker (5G
1,5mm²).
De aardgeleider moet op juiste wijze aan een aardaansluiting worden aangesloten.
De fabrikant neemt geen enkele verantwoordelijkheid op zich, noch is verplicht tot het geven van garantie,
wanneer er schade aan de apparaten, personen en objecten berokkend wordt in geen enkel geval de
apparatuur (elektrische, thermodynamische en hydraulische installaties) aanraken.
De apparaten zijn uitgerust met een condens opvangreservoir. Dit reservoir kunt u aan de onderkant uit het
apparaat halen.
De opvangbak dient geleegd te worden wanneer nodig.
Indien het apparaat op horizontale wijze is vervoerd in plaats van op vertikale wijze, DIENT HET APPARAAT
NIET ONMIDDELLIJK AANGEZET TE WORDEN, MAAR DIENT MEN MINSTENS 24 UUR TE WACHTEN
VOOR IN GEBRUIKNEMING VAN HET APPARAAT.
De fabrikant acht zich niet aansprakelijk en biedt geen garantie in het geval van schade aan de
apparatuur als het horizontaal is vervoerd.
Controles:
1) De temperatuur van de omgeving moet tussen de 15°C en 38°C zijn voor een optimale functionering.
2) In het geval van een "lage" omgevingstemperatuur de apparatuur inschakelen en 30 minuten wachten
voor gebruik.
3) De absorbering controleren
4) Ten minste een volledige snelkoelingscyclus uitvoeren
3263030_NL
AANSLUITING OP HET LICHTNET
CONDENSAFVOER
TEST
10