Reiniging
Reinig de accu, de behuizing en polen met
een oplossing van natriumcarbonaat en
water.
Verwijder roest van de accuklemmen en -po-
len met een harde stalen borstel. De accube-
huizing moet worden schoongemaakt met
een zachte borstel en een natriumcarbonaat-
oplossing.
Installatie
Installeer de accu terug in het voertuig.
WAARSCHUWING
Sluit eerst de RODE (+) kabel aan en dan
de ZWARTE (-). Sluit de RODE (+) kabel
altijd eerst aan.
OPMERKING: Steek de ZWARTE (-) kabel
tussen de bevestigingsband en de accu.
V07G0HY
Zekeringen
WAARSCHUWING
Schakel de contactschakelaar altijd UIT
voordat u een zekering vervangt.
126
Vervang een defecte zekering altijd door een
zekering met dezelfde capaciteit.
LET OP: Gebruik geen zekering met een
hogere capaciteit, om ernstige schade te
vermijden.
De zekeringen bevinden zich in het service-
compartiment, achter het gereedschapskist-
je.
V07C0IY
1. Zekeringhouders
1
4
V07G02Y
1. Accessoires 15 A (voedingsuitgang en
bijkomende voeding)
2. Ventilator (20 A)
3. Hoofdzekering (20 A)
4. Oplaadsysteem (30 A)
1
3
2