3
1
"A"
2
8
Afb. 19
[1]
Sjabloon
[2]
Koperen leiding
[3]
Sjabloon
[4]
Greep
[5]
Opzetstuk
[6]
Conus
[7]
Rode pijlmarkering
[8]
Instelgreep
Buitendiameter
"A" ( afb. 19)
mm
inch
6,35
1/4
9,52
3/8
12,7
1/2
15,88
5/8
19,05
3/4
Tabel 7 Maken van de leidingverbindingen
5. Aflezen
– Flensverbindingen met de afbeeldingen vergelijken ( afb. 20).
– Bij niet optimale uitvoering van de verbinding het geflensde deel
afzagen en de flens opnieuw maken.
1
2
4
Afb. 20
[1]
Rondom vlak
[2]
Binnenzijde glad zonder krassen
[3]
Verkeerde flensverbindingen
[4]
Rondom even lang
[5]
Schuin
[6]
Oppervlak beschadigd
[7]
Gescheurd
[8]
Dikte ongelijkmatig
7.2.2
Aansluiten van het leidingwerk op de buitenunit
(modellen: ODU Split 8, ODU Split 11t, ODU Split 13t, ODU
Split 15t)
Inclusief de instellingen op de printplaat worden de leidingen in 5 stap-
pen op de buitenunit aangesloten.
1. Bepalen van de leidinginstallatierichting
– Leidingen kunnen in 4 richtingen worden aangesloten. Mogelijke
richtingen zie afbeelding (afb. 21 en 22).
Lucht-water Split – 6 720 817 355 (2015/06)
4
5
6
7
6 720 813 707-18.1I
mm
Nm
1,1 ~ 1,3
18-24
1,5 ~ 1,7
34-41
1,6 ~ 1,8
54-64
1,6 ~ 1,8
65-80
1,9 ~ 2,1
98-118
3
5
6
7
8
6 720 813 707 19 1I
1
Afb. 21
[1]
Naar voren
[2]
Opzij
[3]
Naar achteren
lb*ft
13-18
25-30
40-47
48-59
72-87
Afb. 22
[1]
Naar voren
[2]
Opzij
[3]
Naar achteren
2. Bepalen van de leidinginstallatierichting: naar onderen zie (
afb. 15)
3. Spanen
– Leidingen centraal uitlijnen en flensmoeren handvast aandraaien.
– Flensmoer met een momentsleutel aantrekken, tot deze klikt.
– Voor draaimoment zie tabel (tab. 7).
3
2
3
2
1
Koudemiddelleidingen
6 720 813 707-20.1I
6 720 813 707-21.1I
17